De uitdrukkingen

De gezichtsplaatjes bestaan uit 3 categorieën: plaatjes voor haren, ogen, monden.
Voor het spel begint worden de plaatjes eerst per categorie gesorteerd en samengelegd.
Er is ook een dobbelsteen voorzien per categorie nl. een “ogen” dobbelsteen, een “haar” dobbelsteen, een ‘mond” dobbelsteen.
Spel 1: “Als je alleen speelt.”
Gooi met de “haar” dobbelsteen en pak het haarplaatje dat de dobbelsteen aangeeft.
Gooi nu met de “ogen” dobbelsteen, neem het aangegeven ogenplaatje en sluit het aan bij het haarplaatje.
Gooi nu met de “monden” dobbelsteen om er het passende mondplaatje voor te vinden … als het mondplaatje niet past moet je verder dobbelen.
Spel 2: “In groepsverband.”
Leg alle stukjes onderste boven op de tafel.
Elke speler kiest vooraf een uitdrukking aan de hand van de “uitdrukkings” voorbeeldplaat.
Deze speler probeert dan de betreffende figuur op te bouwen: “blij, boos, moe, verrast, verdrietig, aan het huilen”.
Beurtelings gooien met “alle” dobbelstenen en de plaatjes die bij je figuur passen aanleggen voor de opbouw van je figuur.
Bij de volgende beurt alleen gooien met de nodige dobbelstenen.
Wie eerst klaar is de winnaar.
Spel 3: "Groepsverband."
Speel zoals in spel 2 maar nu wordt beurtelings een plaatje omgedraaid.
Ingeval een passend plaatje leg je het aan bij je figuur zoniet leg je het terug ogekeerd op de tafel.
Wie is eerst klaar?