Koningsspel
Elke speler heeft 4 pionnen van zijn kleur en beschikt over een paleis van dezelfde kleur waar de pionnen om ter eerst moeten terechtkomen.
Op het spelbord zie je voor elke speler de startplaats bij de afbeelding van de koning en het paleis.
Er is een staproute voor de pionnen die vooruit moeten geplaatst worden naargelang de dobbelsteenscore.
Er wordt beurtelings gedobbeld: wie 6 gooit mag een pion bij de start brengen, nog eens gooien en vertrekken volgens de dobbelsteenscore.
Wie nog eens 6 gooit moet terug een pion van start doen gaan.
Wanneer je op de staproute op een plaats komt waar reeds een pion staat, mag je deze eruit gooien en moet deze speler met deze pion terug van start herbeginnen.
De winnaar is de speler die eerst al zijn pionnen via het stapparcours passend in het paleis heeft geplaatst.
Spelvarianten
Het spel kan minder streng gemaakt worden voor kleuters: de pionnen niet van het veld gooien.
Het spel kan ook strenger gemaakt worden: elke keer als je met je pion een andere pion kruist moet je terug naar de eerst voorafgaande hoekplaats.
- vingermotoriek
- oog- handcoördinatie
- onderscheiden van hoeveelheden van 1 tot 6 op de puntdobbelsteen
- visuele stimulans
- samenspel
- omgaan met pech