Het gouden ei

Elke speler beschikt over een inlegplankje waarin 6 eitjes kunnen geschikt worden.
Het eerste spel: de spelers draaien beurtelings aan de draaischijf.
Ingeval de pijl wijst naar het vakje met 1 wit ei of 1 bruin ei, neem je een wit of bruin ei en schik het in je inlegplankje.
Wijst de pijl naar een kuikentje leg je een ei terug en als het naar de goochelaar wijst neem je het gouden ei en leg je het ei in het inlegplankje.
Met het gouden ei heb je verschillende mogelijkheden: Wanneer je het laatste ei van je inlegplank moet inleveren mag je ook kiezen om het gouden ei terug te geven, dan blijf je nog in het spel.
Als de pijl het gouden ei aanwijst mag je het gouden ei nemen en nadien nog eens aan de pijl draaien misschien heb je dan nog een ei, maar wanneer de volgende speler op het gouden ei komt moet je het gouden ei wel terug inleveren.
Telkens als iemand een gouden ei wint worden streepjes gezet.
Wie op het einde van het spel het meeste streepjes heeft krijgt een extra beloning.
Tweede spel: alle kaartjes worden geschud en ondersteboven gelegd.
Elke speler neemt beurtelings een kaartje.
De speler legt dan hetzelfde aantal eitjes als op het kaartje in zijn inlegplank.
Ingeval van het kuiken en de goochelaar tellen dezelfde regels als in het eerste spel.