Snaarinstrumenten

Wil je spelen op het kleinste en hoogst klinkende instrument van de strijkersfamilie?
Volg dan vioolles!
Om het instrument te bespelen, klem je de viool tussen schouder en kin.
Met de linkerhand druk je de snaren in en regel je de toonhoogte. De rechterhand strijkt met de strijkstok over de vier verschillende snaren. Je kan de snaren ook in trilling brengen door te tokkelen met de rechtervingers.
Voor kinderen bestaan er kleine modellen. Als je de viool onder de kin houdt en je de volle hand om de krul kan slaan, heb ze de juiste maat.

Wens je op een instrument te spelen dat de klank van de cello combineert met de speeltechniek van de viool?
Dan is de altviool het geschikte instrument voor jou!
De altviool is groter dan de viool. Je bespeelt ze op de schouder, zoals de viool. 
De vier snaren van de altviool zijn 5 tonen lager gestemd dan die van de viool. Zo klinkt een altviool warmer en dieper. 

Kies je liever voor een snaarinstrument dat je zittend bespeelt?
Dan moet je cello leren!
Je plaatst de cello tussen de knieën. Om klank te maken, druk je met de linkerhand de snaren in en regel je de toonhoogte. De rechterhand strijkt met de strijkstok over de vier verschillende snaren. 
De cello klinkt warm en nog lager en dieper dan een altviool.
Voor kinderen bestaan er kleine modellen.
 

Droom je ervan om het grootste en laagst klinkende instrument van de strijkersfamilie te bespelen?
Dan leer je contrabas!
Je bespeelt de contrabas meestal rechtstaand. Of je kan een kruk gebruiken.
Het instrument heeft 4 of 5 snaren. Met de strijkstok in de rechterhand strijk je over de snaren. Of je tokkelt met de rechtervingers.  Met je linkerhand regel je de toonhoogte en dit door de snaren in te drukken.
Er bestaan kleinere modellen die geschikt zijn voor kinderen.

Wil je een sierlijk instrument leren bespelen? Hou je van hemelse klanken?
Kies dan voor de harp!
Op de stem na, is de harp het oudste instrument ter wereld.
Het instrument heeft veel snaren. Ze gaan van kort naar lang en zorgen voor verschillende tonen. Hoe langer en dikker de snaar, hoe lager de toon.  De snaren verschillen van kleur. Er bestaan rode, zwarte/blauwe en witte snaren. Zo weet de harpist(e) welke snaar hij of zij nodig heeft.
Een beginner kan al snel een eenvoudige melodie spelen. Het is namelijk heel eenvoudig om klank te maken: je zet je vinger op de snaar en slaat hem aan.
Je kan veel soorten muziek spelen op de harp. En of je nu graag in groep musiceert of liever alleen, met de harp kan het allemaal.
Het is werkelijk een uniek instrument!

Je hebt je hart verloren aan de gitaar en je wil dit instrument leren bespelen?
Dan zit je goed in onze academie!
Je start met de klassieke gitaar. Later kan je in de optie Jazz-pop-rock ook kennis maken met de elektrische gitaar.
Gitaren hebben over het algemeen zes snaren, waarbij de dikste snaar de laagste toon vertegenwoordigt en de dunste snaar de hoogste. Want hoe dikker de snaar, hoe lager de toon. De hals van een gitaar is opgedeeld in een aantal kleine vlakken om de toon nauwkeuriger te helpen bepalen.