×

Kampvuur

Regelgeving

In Vlaanderen mag je een kampvuur maken

  • op min. 25 meter van huizen, bos of natuurgebied
  • op min. 100 meter van een heide is dit

Mits

  • toestemming van de eigenaar van de grond
  • een melding hiervan bij het stadsbestuur via het formulier onderaan deze pagina (het stadsbestuur maakt dit over aan de brandweer)

Wil je in of vlakbij een bos (binnen een straal van 25 meter) een vuur maken?

  • Dan moet je een afwijking aanvragen bij Natuur en Bos van de Vlaamse overheid (ANB).
  • Dit is echter niet aan te raden omwille van brandgevaar dus het ANB zal dit dan ook zeer zelden toelaten.
     

Algemene info

De algemene veiligheid komt steeds op de eerste plaats, hou dus zeker rekening met volgende basisregels:

Vuur maak je het best

  • op een bestaande vuurplaats,
  • in een droge bedding van een beek
  • op een beschutte plaats tussen de rotsen
  • op een kale zand plaats tussen begroeid landschap

Vuur maak je zeker niet

  • in een droge weide
  • onder een boom
  • in de buurt van brandbaar of ontvlambaar materiaal (check de windrichting!)

Het is absoluut verboden om vuur te maken

  • bij felle wind (meer dan 5 beaufort)
  • tijdens droge periodes (eventueel kan er dan ook een algemeen verbod uitgevaardigd worden door ANB of een andere instantie, doe zeker navraag bij twijfel!)

Tips

  • Maak je houtstapel niet hoger dan 2 meter.
  • Beperk de diameter van het vuur tot maximaal 1,5 meter.
  • Leg je stapel brandhout op een veilige afstand van het kampvuur.
  • Als de ondergrond nat of modderig is, leg je het best eerst een laag (droge) keien.
  • Als de ondergrond droog is, verwijder je bladeren, dorre twijgen, dennenappels en droog gras.
  • Op een grasveld maak je een kampvuurplek door enkele graszoden uit te steken en aan de kant te leggen (ver genoeg zodat het vuur ze niet uitdroogt). Naderhand leg je de zoden weer op hun plaats.

 Zorg ervoor dat je beschikt over een verzekering Burgerlijke Aansprakelijkheid.
 

De belangrijkste brandweervoorschriften (een samenvatting)

  •  Blijf steeds op 100 meter van bebouwing, bomenrijen, hagen of bossen (veldwetboek).
  •  Hou of maak de zone rond het kampvuur brandvrij.
  •  Zorg voor blusmiddelen in de onmiddellijke nabijheid (emmers water, zand of blusapparaten).
  •  Houd een gsm-toestel bij de hand te houden (met nummers hulpdiensten).
  •  Hou toeschouwers op voldoende en veilige afstand en hou zeker rekening met de windrichting.
  •  Hou de omvang van het vuur beperkt zodat bij omslaan van de weersomstandigheden (wind) het vuur snel gedoofd kan worden.
  •  Gebruik enkel droog snoeihout, géén andere materialen of brandversnellers en zeker geen afval.
  •  Blijf steeds in de buurt van het (smeulend) vuur en laat kinderen er nooit alleen bij.
  •  Annuleer de activiteit bij ongunstige weersomstandigheden (kan opgelegd worden door de brandweer).